Menu Sluiten

Gemeentelijke Kredietbank (GKB) in Assen blijft langer in de lucht

De Gemeentelijke Krediet Bank (GKB) in Assen blijft in elk geval nog tot 1 januari 2025 bestaan als gemeenschappelijke regeling van Assen, Hoogeveen en Meppel. Dat is een jaar langer dan gepland.

© RTV Drenthe / Margriet Benak
Eerst wilden de gemeentes per 1 januari 2024 stoppen met ‘hun eigen’ GKB. Maar ze gaan nu toch opnieuw kijken wat de beste aanpak is voor schuldhulpverlening aan de duizenden cliënten van de GKB.
Interim-directeur Henk de Groot hoopt dat dit cliënten, die zijn aangewezen op de GKB, wat meer rust en vertrouwen geeft. “We merkten het afgelopen jaar toch zorgen en terughoudendheid bij mensen, om door onze organisatie geholpen te worden. Men had namelijk ergens gehoord dat de stekker eruit zou gaan. Dat schrikt mensen af, en dat is jammer.”

Niemand in de kou

Volgens De Groot gaan bij de GKB alle vormen van hulpverlening bij schulden gewoon door. “Ook al is onze toekomst nog ongewis, mensen die bij ons in portefeuille zitten blijven verzekerd van hulpverlening. En dat geldt ook voor mensen die nieuw aangemeld worden. En die hulp houdt echt niet zomaar op na 1 januari 2025, wat de toekomst voor de GKB straks ook zal zijn. Alle dossiers gaan keurig over en hulp blijft dus gegarandeerd, door welke organisatie dan ook. Niemand komt in de kou te staan.”
De Gemeentelijke Kredietbank heeft op dit moment zo’n vijfduizend cliënten in portefeuille, en telt 76 arbeidsplaatsen. In totaal doen veertien gemeenten, zowel in Groningen, Drenthe als Overijssel, zaken met de GKB. Daarvan zijn alleen Assen, Hoogeveen en Meppel verantwoordelijk voor het financieel reilen en zeilen binnen de GKB. Daar willen ze vanaf.

Oplossing voor zorgenkindje

Al meerdere jaren zoeken de drie gemeentes naar een gezonde toekomst voor hun gezamenlijke overheidsinstelling voor hulp bij schulden. De GKB is al jaren een zorgenkindje voor Assen, Hoogeveen en Meppel. Elk jaar moeten ze tonnen extra in de kredietbank steken wegens tekorten, ondanks maatregelen als snijden in personeelsbestand en takenpakket.
Een jaar geleden namen Assen, Hoogeveen en Meppel het besluit dat eind dit jaar de stekker eruit zou van ‘hun’ GKB. Ze zouden op zoek naar een nieuwe, externe partij voor schuldhulpverlening via een Europese aanbesteding. Maar in het afgelopen jaar is weinig gebeurd.

Drie scenario’s onder de loep

Nu volgt er toch weer nader onderzoek naar drie scenario’s hoe het verder moet. Het werk van de GKB wordt in zijn geheel aanbesteed aan een externe, derde partij. Of de instelling verzelfstandigt en moet haar eigen broek ophouden. Een derde optie is dat Assen, Hoogeveen en Meppel de schuldhulpverlening zelf allemaal in eigen huis gaan uitvoeren.
“Een extern adviseur is ermee bezig. Die bekijkt het aantal positieve punten per scenario, eind maart moet duidelijk zijn welke weg we inslaan”, zegt interim-directeur De Groot. Vooral een juridisch waterdichte constructie weegt zwaar voor de drie verantwoordelijke gemeentes. Die willen geen risico lopen met aanbestedingsregels en staatssteun. “Als dan verzelfstandiging van de GKB het beste blijkt, ben ik daar zeker voorstander van, maar uiteindelijk beslist het bestuur”, zegt De Groot.

‘Te lang duren’

Ondertussen vindt De Groot dat de zoektocht naar een goede, verantwoorde toekomst voor de schuldhulpverlening in de betrokken gemeentes ‘wel erg lang duurt’. Dat doet de GKB meer slecht dan goed, zo heeft hij ondervonden, sinds hij in oktober bij de kredietbank aan de slag ging. “Dit verhaal met de GKB speelt inmiddels al jaren, en je merkt dat de onrust onder personeel en cliënten steeds een rol blijft spelen. En dat heeft wel zo zijn gevolgen voor de hele organisatie.”
Bij de GKB zijn inmiddels veel vaste medewerkers vertrokken, zo vertelt De Groot. Zij kozen eieren voor hun geld, vanwege de voortdurende onzekerheid over de toekomst. “En cliënten, zo merken we, worden er ook onrustig van, terwijl ze wel wat anders aan hun hoofd hebben. Als ze bij ons komen, dan zijn ze al een hele drempel overgestapt. Dan moeten ze er niet nog meer zorgen bij krijgen.”